|
Page 2 of 7 |
9
september 's ochtends op tijd op. We
gingen snel naar fietsverhuur en op weg naar
Pashupatinath voor het Teej-festival. In Kathmandu centrum was
het lastig om te fietsen door de grote drukte en de slechte
wegen. De weg wisten we niet behalve dat we ten oosten van Kathmandu moesten
zijn, dus maar richting de zon. Toen we eindelijk op bredere, betere en
rustigere wegen waren, moesten we al snel rechtsomkeer wegens een
wegafzetting door het leger. Er bleek een bommelding te zijn en de buurt
werd ontruimd. Toen er op een paar honderd meter een harde knal klonk, zijn
we gauw rechtsomkeer gegaan. Flink omgereden en ook enigszins de weg
kwijt (voor zover we die wisten). Op een gegeven moment kwamen we steeds
meer in prachtige rood met gouden kledij gestoken vrouwen tegen. We gingen
dus de goede kant op. Bij Pashupatinath liepen honderden mooi geklede
vrouwen rond en stonden er nog veel meer in de warmte in de rij om de Shiva
(in gedaante van Pashupati) tempel in te gaan. Het Teej-festival is een
festival voor vrouwen waarbij zij hun/de mannen eren. Ze vasten, bidden en
feesten voor een lang en gelukkig huwelijksleven. De aanblik van het
Pashupatinath tempel complex was vrij bizar. Aan de ene kant de
prachtige vrouwen, aan de andere kant de openluchtcrematies langs de heilige
Bagmati-rivier die gewoon door blijven gaan. En iets verder op nog
een soort kamertjes waar oude en/of zieke mensen gewoon op hun dood liggen
te wachten waarna ze meteen op de plek van de crematie zijn. Nadat we het
hele gebeuren een paar uur op ons hadden laten inwerken zijn we naar Boudha
gefietst, waar een van de grootste Stupa's ter wereld staat en ook veel
Tibetaanse vluchtelingen wonen.
De volgende dag moesten we wederom op tijd op. Ditmaal voor de eerste dag van onze
8-daagse Helambu / Langtang-trekking. Vanwege de interne situatie in
Nepal en onze beperkte trekking ervaring besloten niet zuinig te doen en een
paar euro p.p.p.d. uit te trekken voor een gids en een drager. Met de auto
vanaf Kathmandu een uur rijden naar het beginpunt van de trek. We moesten de
eerste dag meteen flink bergop
van 1.300 m naar 2.300 meter. Een hele klim, zeker daar het erg warm was en
het pad erg nat, glad en rotsachtig en Arno ook nog last van maagkrampen had
van een fout cake-je uit Boudha. Wel hele mooie uitzichten over de
vallei en door leuke dorpjes met aardige mensen. Onderweg bijna geen
toeristen gezien.
In de plaats van overnachting waren er een stuk op tien. 's Nachts was het
helemaal mis met Arno:maag helemaal leeg gekeerd en 's ochtends te misselijk
om te eten. Een hele dag veelal bergop lopen is dan wel heel erg zwaar. Zonder drager waarschijnlijk zelfs onmogelijk. De paden waren wederom erg
slecht door de hevige regen van afgelopen nacht. Om 15.00 uur gelukkig in
plaatsje voor de nacht: leuke klein plaatsje (Gul Bhanjyang) met vele oude
houten woninkjes en een school waar de jongeren dagelijks van heinde en ver
naar toe komen lopen voor hun onderwijs.
De volgende ochtend was Arno wonder boven wonder weer volledig fit. Dat
moest ook wel, want er wachtte en lange dag lopen, waarbij we zo'n 1600
meter zouden stijgen. Het pad ging inderdaad ook alleen maar omhoog. Dit vonden
de benen van Susanne niet erg aangenaam. Een zware dag voor haar dit keer.
Ook de gids die nu maagklachten had, had het erg zwaar en na de lunch bsloot
ie dat het beter was niet verder te gaan, daar hij niet zeker wist of
hij/wij de volgende plaats nog voor het donker zouden halen. Niets aan te
doen. Gelukkig waren we op een mooie plek (Magen Goth) en konden we tijdens
een korte wandeling nog even ontspannen van het prachtige uitzicht genieten.
Arno ging zich hier nog even in de openlucht scheren en wassen wat door de
kinderen des huizes met grootse ogen nauwkeurig werd gadegeslagen.
De volgende dag ging het iets beter met de gids. Via Tharepati over
nat en rotsachtig terrein met af en toe wat bos naar Gopte (=2 kleine
guesthouses en verder helemaal niets) waar we al om 13.00 uur waren en ook
zouden overnachten. Doordat het na de lunch flink bewolkt was en af en toe
ook hard regende, konden we weinig anders dan wat lezen, praten, schrijven.
Tegen de avond beter weer en na zonsondergang een prachtige sterrenhemel.
Vroeg eten.
In het donkere hol met een hout gestookte kachel en fornuis voelden we ons
net de figuranten van Van Gogh's "De aardappeleters" toen we de in
schil gekookte aardappels kregen die je met je vingers moest pellen en
verder "plain" moest eten. Een oude slecht geklede drager die zo
van dit doek leek te komen, vervolmaakte dit beeld. Vroeg naar bed in onze
tochtige slaapkamer van 1,3 * 1,8 meter die volledig gevuld werd door het
bed (lees: houten flonder met een dun matje). 's Nacht flink koud gehad. De
volgende dag al om 7.00 uur op pad voor de lange zware tocht over de Laurebina-la
pass (4610 meter) naar Gosainkund. In het begin van de tocht veel
afwisselend omhoog en omlaag. Prachtig uitzicht op de pass, bergen, dal en
rivieren. Het is wel bijzonder hoe het berglandschap na 3 maanden reizen
(veelal door bergachtig gebied) ons nog steeds ontzettend kan boeien door de
voortdurend wisselende vergezichten en de wolkpartijen die je soms op grote
afstand ziet en waar je enkele minuten later al weer midden in kan zitten,
zodat je geen hand voor ogen ziet. Om 10.00 uur al aan de lunch, want tot
15.00 uur zou er geen andere optie meer zijn. Daarna alleen nog maar recht
omhoog. Was wel bijzonder om te zien dat de bepakte drager en de nog steeds
zieke gids het nog zwaarder hadden dan wij. Vanaf de Laurebina-la pass
alleen nog maar naar beneden langs wat leuke meertjes naar het heilige meer
van Gosainkund. Volgens de overlevering kwam de hindoe/boeddhistische god Shiva
hier eens met zijn vrouw o.a. om hash te roken. Een reden voor de hindoes en
boeddhisten om hier 2 maal per jaar gezamenlijk een festival te houden. De
hele dag overigens maal 1 persoon tegengekomen tijdens het lopen.
NGO: International Council for Friends of Nepal
Ontwikkelingswerk in Nepal / vrijwilligerswerkl